woensdag 23 april 2008

U hebt het gemaakt


"Iemand zei me laatst: 'u hebt het gemaakt, mijnheer Vinkenoog. U bent toch binnen?', toen ik om een honorarium voor een optreden vroeg. Daar kan ik heel boos om worden, om zo'n uitspraak vol onbegrip. Ik heb 'het' niet gemaakt. En wat mag 'het' dan wel niet zijn. De één zal wel succes bedoelen. Maar wat is succes? De ander zal aan geld denken. Nou, dat is dan een illusie. Voor mij bestaat er slechts één vorm van succes: mezelf zijn en mijzelf blijven in de dingen die ik doe en laat. Liefst bewust tot en met de laatste seconde. Onafhankelijkheid, vrijheid, is daarvoor een noodzaak. Putten uit eigen ervaringen evenzeer."

Tekst: Simon Vinkenoog, uit boek 'Schrijvers gaan niet dood'. Auteur: Margot Vanderstraeten.

maandag 21 april 2008

A poem not against songbirds


Lighten up, songbirds. Give me a break.
No need to carry on this way,
even if it is morning. I need more sleep.

Where were you keeping yourselves when I was thirty?
When the house stayed dark and quiet all day,
as if somebody had died?

And this same somebody, or somebody else,
cooked a huge, morose meal for the survivors.
A meal that lasted ten years.

Go on, sweethearts. Come back in an hour,
my friends. Then I'll be wide awake.
You'll see. This time I can promise.

Gedicht: Raymond Carver, 'A poem not against songbirds'

woensdag 16 april 2008

Waarom dan noem ik hem God?


Er was Pessoa die ik las toen ik twintig was. Hij schreef: 'Ik geloof niet in God omdat ik hem nooit heb gezien. Als hij zou willen dat ik in hem geloofde, zou hij ongetwijfeld met mij komen praten en mijn kamer binnenstappen en mij zeggen: 'Hier ben ik! En dat, als God de bloemen en de bomen was en de bergen en de zon en het maanlicht, hij dan in hem geloofde, op ieder uur, dat zijn leven één gebed, één mis, en een communie was met de ogen en door de oren. 'Maar als God de bomen en de bloemen is en de bergen en het maanlicht en de zon, waarom dan noem ik hem God?'

Er was een dag waarop ik besloot om God niet langer God te noemen. Er waren zoveel mensen die hem noemden en iedereen bedoelde weer wat anders. Er was Pessoa dankzij wie ik denken kon dat God dat niet zo erg zou vinden.

Tekst: Tjitske Jansen, dichtbundel 'Koerikoeloem'

woensdag 9 april 2008

De ernstige man


De vierde planeet was die van de zakenman. Die man was zo druk dat hij niet eens even opkeek bij de komst van de kleine prins (...)

-Drie en twee is vijf. Vijf en zeven twaalf. Twaalf en drie vijftien. Goeiedag. Vijftien en zeven...
Dat betekent Dus vijfhonderdeneenmiljoen zeshonderd-tweeëntwintig duizend zevenhonderdeenendertig.
- Vijfhonderdmiljoen wat? (...)
- Hè, ben je daar nog steeds? dat weet ik niet meer...Ik heb ook zoveel te doen! Ik ben een ernstig man, ik hou me niet bezig met leuterpraat!
- Miljoen van die dingetjes die je soms aan de hemel ziet(...)
-Aha! Sterren?
-Zo heten ze. Sterren.
- En wat doe je met vijfhonderd miljoen sterren?
- Niets. Ik bezit ze.

- Maar ik heb al een koning ontmoet die...
- Koningen bezitten niet. Die "regeren" erover. Dat is iets heel anders.
- En wat voor nut heeft het voor je, de sterren te bezitten?
-Het nut is dat het mij rijk maakt.
- En wat voor nut heeft het voor je, rijk te zijn?
- Dan kan ik nog meer sterren kopen als iemand ze ontdekt(...)

- Hoe kun je de sterren bezitten?
-Van wie zijn ze? antwoorde de zakenman geërgerd.-
- Dat weet ik niet. Van niemand.
- Dan zijn ze dus van mij, omdat ik het eerst aan gedacht heb.
- Als je een diamant vindt die van niemand is, dan is die van jou. Als je een eiland ontdekt dat van niemand is, dan is het van jou. Als je als eerste een idee krijgt, neem je patent op: het is jouwe. En ik bezit de sterren, omdat vóór mij niemand eraan gedacht heeft ze in bezit te nemen.

-En wat doe je ermee?
- Ik beheer ze. Ik tel ze en tel ze nog eens na, zei de zakenman. Dat is moeilijk. Maar ik ben een ernstig man!

De kleine prins was nog niet tevreden gesteld.
Als ik een sjaal bezit, kan ik die om mijn hals slaan en meenemen. Als ik een bloem bezit, kan ik die plukken en meenemen. Maar jij kunt de sterren niet plukken!
- Nee, maar ik kan ze op de bank zetten
- Dat wil zeggen dat ik het aantal van mijn sterren op een papiertje schrijf. En dan leg ik dat papiertje achter slot en grendel in een la (...)

De kleine prins had over ernstige zaken heel andere ideeën dan de grote mensen.
- Ik, zei hij nog, ik bezit een bloem die ik elke dag water geef. Ik bezit drie vulkanen waarvan ik elke week de schoorstenen veeg. Want ik veeg ook de al uitgedoofde. Je kunt nooit weten. Het is nuttig voor mijn vulkanen en het is nuttig voor mijn bloem dat ik ze bezit. Maar jij bent niet van nut voor de sterren.
De zakenman deed zijn mond open, maar wist niets te antwoorden en de kleine prins vertrok.

Tekst: De Kleine Prins, Anton de Saint-Exupéry

Foto: Jacco van Giessen, http://www.flickr.com/photos/45609060@N00/





vrijdag 4 april 2008

No Taxis Available


It is absurd not knowing
where to go.

You wear the streets like an overcoat.
Certain houses are friends, certain houses
Can no longer be visited.
Old love-affairs lurk in doorways, behind windows
Women grow older. Neglection blossoms.

You have turned down numerous invitations,
Left the telephones unanswered, said "No"
To the few that needed you.
Stranded on an island of your own invention
You have thrown out messages, longings.

How useless it is knowing that where you want to go
Is nowhere concrete.
The trains wil not take you there,
The red busses glide past without stopping.

No taxis available.

Gedicht: Brian Patten, 'No taxis available'