Posts tonen met het label Hardlopen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Hardlopen. Alle posts tonen

maandag 11 februari 2008

Schaatsers en autowassers


Zondagochtend. Als ik de deur opendoe om te gaan hardlopen, is de buurman z'n auto al aan het wassen. Hij houdt een doekje in zijn hand, de wieldoppen glimmen in de zon. Na het verplichte "goedemorgen" en een flauwe opmerking van mijn kant over het poetsen, gaat hij verder met zijn drukke bezigheden. De wereld van autowassers is mij vreemd. Onze werelden zullen zich nooit kruisen, vrees ik.

Het mooie weer lonkt. Ik adem diep en neem voor de zoveelste keer de vertrouwde route langs de rivier. Ik ken elke boom, elk huis, elke bocht. De rivier rechts, het weiland links. Maar, ondanks alles, ontdek ik elke keer onderweg wat nieuws. Iedereen blijkt buiten te zijn. Ik kom tientallen renners, fietsers, skaters, roeiers tegen. Kinderen die aan het paardrijden zijn, oudere wandelaars. De massaliteit van Nederland met mooi weer. Ik aanschouw altijd met verbazing het hele tafereel en laat het vandaag op me afkomen. Overmacht.

Ik beslis te genieten en me er niet druk over te maken, het is tenminste niet elke dag mooi weer in dit land. Er moet wel een keuze gemaakt worden: het WK-schaatsen kijken op tv, of rennen, fietsen en een drankje op een terrasje. Moeilijk kiezen is het niet. In mijn geval wint de zon het altijd. Maar schaatswedstrijden mis ik zelden. Schaatsen is één van de mooie dingen van Nederland. De kracht van de sporters, gecombineerd met een tikje Nederlandse eigenzinnigheid. De glans van het ijs, de schreeuwende toeschouwers, het wedstrijdgevoel. Het heeft iets puurs en ongekunstelds. Iets eigens.

Rennend langs de rivier denk ik aan de schaatsers en het contrast tussen het koude ijs en de felle zon. Ik laat me verwennen door de zonnestralen, het zachte ochtendlicht geeft een extra dimensie aan het lopen. Daarna ga ik moe, maar voldaan, verder genieten van de eerste zonnige dag. Vandaag moet alles tegelijk: rennen, fietsen, biertje op een terrasje. Carpe Diem. Je weet nooit hoe het morgen zal zijn.

Maandagochtend. Grote krantenkoppen: "Sven Kramer als Muhammad Ali". In het Sportforum in Berlijn heeft Sven Kramer bij de allrounders de wereldtitel veroverd. "De man met de hamer", stond er op een oranje spandoek. De Noor Bökko maakte geen kans. "We kunnen geen schaatsen kopen zoals de Nederlanders", zei coach Peter Muller. Nederland heeft weer iets om over te praten: het WK-schaatsen en het vervroegde mooie weer.

De zon schijnt nog steeds. Vandaag moet ik weer keuzes maken: het huishouden of naar buiten.
De keuze is wederom makkelijk gemaakt...
Tekst: Rosa

woensdag 12 september 2007

Nederland in een ansichtkaart


Vanochtendvroeg ging ik rennen langs de rivier. Rennen is gezond en heeft veel voordelen: je beweegt in de open lucht, je krijgt inspiratie bij het schrijven, het is gratis en, vooral, na de excessen van de zomervakantie val je een beetje af.

Een vertrouwde route in een pittoresk landschap. Nederland in een ansichtkaart, alle ingredienten zijn aanwezig: water, gras, koeien, molen, fietsers, brede hemel. De wind brengt mee een zachte geur naar gras, naar groen, naar dauw. Het kan overal in het land zijn. Maar toch, elke keer ontdek ik iets nieuws. Ieder seizoen is verschillend. Andere kleuren, andere sfeer, andere geuren. Vroeg in de ochtend is het licht op z'n mooist. De stilte overheerst, het leven komt langzaam op gang.

Eerst liep ik langs een bassischool. Door de ruiten heen hoorde ik de kinderen "lang zal hij leven" zingen. Welkom terug! Iets verder, een paar mensen waren de hond aan het uitlaten en spraken even met elkaar. De honden gingen hen voor. Even kort snuffelen, kijken of ze elkaar aardig vinden en hun weg verder vervolgen. Iedere dag dezelfde mensen en hondengezichten, dag in dag uit. Langs de rivier kwam ik een paar scholieren tegen met zware rugzakken, druk in gesprek. Enkele renners op de route begroetten mij snel, in gedachten verzonken.

Aan het einde van het trajekt, in het begin van de straat, een rij groene Sulo's wachtte op de vuilniswagen die elke week uit hun lijden verlost. Voor de schutting van een rijtjeshuis, een plastic keukentje met twee oude boterhammen erop, zat alleen te wezen. Geen kind te zien, de scholen zijn weer begonnen.

Een gewone buitenwijk, niet ver van de rivier. Smalle straten, gewone mensen. Jij alleen maakt het verschil.